Voorjaarsnota 2020
portal

Samenvatting

Financieel beeld

Begrotingssaldo en ontwikkeling Algemene reserve

Toelichting:

Het tekort op het begrotingssaldo in 2020 verbetert tot € -15,8 mln.

Het begrotingssaldo is het overschot of het tekort op de begroting in een bepaald jaar. Deze overschotten of tekorten worden verrekend met de algemene reserve. Het begrotingssaldo geeft aan of er op de lange termijn sprake is van een reëel en structureel begrotingsevenwicht. Het begrotingssaldo mag tijdelijk negatief staan, dit tekort op het begrotingssaldo wordt dan gedekt uit de vrije ruimte van algemene reserve. Dit kan zolang er vrije ruimte is. Er zal dus altijd gekeken moeten worden naar de (structurele) ruimte binnen het begrotingssaldo voor de dekking beleidsvoorstellen en niet naar de vrije ruimte van de algemene reserve.
Uit het begrotingssaldo worden ook de effecten van bijvoorbeeld investeringen, de kapitaallasten gedekt. Het investeringskrediet zelf niet.

(bedragen x € 1 mln)

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Beginstand jaar

92,8

77,0

89,7

96,7

112,8

167,6

216,4

255,6

Af/bij: mutaties eerdere P&C producten

-24,9

2,2

1,7

13,8

55,4

52,0

42,4

42,3

Beginstand 

67,9

79,2

91,3

110,5

168,2

219,5

258,8

297,9

Af/bij: Totaal Voorjaarsnota/Kadernota

9,2

10,5

5,4

2,3

-0,6

-3,1

-3,2

-3,4

Stand na Totaal (A+B)

77,0

89,7

96,7

112,8

167,6

216,4

255,6

294,5

Buffer weerstandsvermogen

-30,0

-30,0

-30,0

-30,0

-30,0

-30,0

-30,0

-30,0

Vrije ruimte cumulatief

47,0

59,7

66,7

82,8

137,6

186,4

225,6

264,5

Vrije ruimte per jaar (begrotingssaldo)

-15,8

12,6

7,1

16,1

54,7

48,9

39,2

38,9

Toelichting:

Door de toevoeging aan de algemene reserve in 2020 van € 9,2 mln neemt de algemene reserve in omvang toe in 2020. In 2020 is er sprake van incidenteel € 47 mln vrije ruimte.

In de manier waarop de provincie met de begroting omgaat worden begrotingsoverschotten en –tekorten verrekend met de algemene reserve (dit geldt overigens niet voor de ‘gesloten’ begrotingsprogramma’s groen en mobiliteit, waarbij overschotten en tekorten worden verrekend met betreffende bestemmingsreserves).
Hierdoor neemt de algemene reserve toe bij een voordelige ontwikkeling van de begroting en af bij een nadelige ontwikkeling. In de (door PS vastgestelde) nota weerstandsvermogen wordt voorgeschreven dat de algemene reserve minimaal € 30 mln moet bedragen, als buffer voor onvoorziene gebeurtenissen. Alles boven die € 30 mln in de algemene reserve wordt aangeduid als “vrije ruimte”. Omdat in de algemene reserve de begrotingsoverschotten worden gespaard, ook die van het verleden, kan het zijn dat de vrije ruimte in een bepaald jaar hoger is dan het begrotingssaldo van dat jaar.

Dekking voor beleidsvoorstellen komen uit het begrotingssaldo en niet uit de algemene reserve. Het begrotingssaldo is leidend omdat daaruit blijkt of er een reëel en structureel begrotingsevenwicht is.

Deze pagina is gebouwd op 08/28/2020 08:02:59 met de export van 08/28/2020 07:55:42